In een informatie systeem worden gegevens vastgelegd. Voordat een informatiesysteem beschikbaar is moet er een analyse worden uitgevoerd waaruit moet blijken wat het systeem mogelijk moet maken en moet het systeem gerealiseerd worden. Op dat moment is er nog geen oplossing beschikbaar om te testen hoe in specifieke situaties het systeem zich zal gedragen. De oplossing moet nog ontworpen worden en daarna gerealiseerd.
Tijdens het uitvoeren van een analyse of het opstellen van een ontwerp is inzicht nodig in wat wordt, bij het verwerken van gegevens. Een globaal model van de gegevens is vaak al in een vroeg stadium beschikbaar. Wanneer in dit stadium snel voorspellingen kunnen worden gedaan over het gedrag van het systeem en daaruit aanvullende eisen afgeleid kunnen worden wordt het opstellen van een analyse en het maken van een ontwerp versneld. Dat is het idee achter het opstellen van testsituaties in deze fase.
Het opstellen van testsituaties is veel werk. Meestal moet dit met de hand worden gedaan. De testsituaties richten zich vooral op de waardes die wel of niet mogelijk zijn. Op basis van regels moet het mogelijk zijn om veel situaties te genereren met willekeurige waarden en volgorde van gebeurtenissen. Door willekeurige situaties aan te maken kunnen allerlei situaties worden nagebootst zonder steeds opnieuw veel werk te verzetten.